Sam wordt donderdag 1 jaar. Hij krijgt geen biefstuk, maar wel een rode zakdoek aan zijn halsband. Voor één dag. We zullen de hele dag lieve woordjes tegen hem zeggen. Geen lekkernijen. Deze hond wordt niet verwend en bedelt niet. Hoe lief hij ook is.
Op 17 november kwam hij bij ons. Vanaf de eerste dag hielden we van het kleine ventje. De eerste weken sliep hij op het bed, op een kleedje naast me. Als ik ‘s ochtends wakker werd lagen zijn poten tegen mijn borst. Maar eenvoudig was het niet. In mijn beleving waren mijn vorige honden in twee weken zindelijk, bij Sam duurde het twee maanden. Elke nacht ging ik er 2 keer uit om hem te laten plassen in de tuin. Het record was 6 keer, toen het ventje diarree had. Overdag ging ik om de 2 uur met hem lopen. En desondanks raapte ik veel dagen meer drollen binnen dan buiten.
Hij heeft karakter, maar dat karakter valt in het niet bij die lieve voorganger van hem: Bas. Hij blaft diep, maar het liefste is hij bij ons, of moet ik zeggen: bij mij, zijn baas. Als ik in de keuken zit te werken, kruipt hij naast me op het bankje. Het eerste half jaar moest ik hem altijd even helpen en trok ik hem bij zijn ballen omhoog. ‘s Nachts slaapt hij na een eindeloze week trainen eindelijk naast me in de mand. Maar ‘s ochtends voor het opstaan kruipt hij soms stiekem achter mij. Een paar dagen geleden hoorde ik zelfs Loutje zeggen: “Ga maar even liggen.” Ja, hij vindt het heerlijk om tegen je aan te liggen, hij vindt heerlijk om daar nog even een tukkie te doen.
Opvallend is zijn nieuwsgierigheid. Het is soms gewoon irritant als hij op straat blijft staan omdat hij iemand ziet die hij nog niet eerder heeft ontmoet. Of als er bij iemand een bestelbus voor de deur staat. “Wat zijn die mensen aan het doen?”We hadden het wel kunnen weten. Toen we bij het nest gingen kijken om Sam uit te zoeken, vijf weken na zijn geboorte, had ik eerst een wat non-descript hondje op mijn arm. Ik wilde hem niet afwijzen, bang voor een trauma. Je weet maar nooit. Maar ik vroeg me toch af of ik zo’n niet-zeggend hondje 13 jaar zou willen hebben. Toen diende Sam zich aan. Hij werd betiteld als de nieuwsgierigste uit het nest. Hij kwam op mijn arm zitten, keek me vertrouwenwekkend aan en begon mijn vest te likken. We wisten het, dit is Sam.
De eerste vakantie was in de Dolomieten gepland. Maar Sam was nog niet zindelijk en het was onduidelijk of hij mee mocht naar ontbijt en diner. We vroegen het hotel of ze er bezwaar tegen hadden als we een half jaar later zouden komen. Dat hadden ze niet, de lieverds. Zelf boekten we een huis in Exloo. Met heel veel stenen en kunststof op de vloer. Het werd het hoogtepunt van Sam’s onzindelijkheid. Overal lagen drollen, zeven dagen lang. Het echte hoogtepunt diende zich aan toen ik in de douche een verse tussen mijn tenen kreeg. En toen gebeurde het onmogelijke. Bij thuiskomst had Sam besloten dat hij voortaan zindelijk was. Op voorwaarde dat hij zeer regelmatig werd uitgelaten. Dat hadden we ervoor over.
Ik hou niet van een hond die kunstjes doet. Waarom zou een hond een poot moeten geven wanneer hij zelf wil likken of in geval van nood wil bijten? Maar een paar dingen moet hij wel leren. Hij moet niet tegen je opspringen als je thuis komt. Helaas gaat dat nog niet helemaal goed. Bij mij durft hij het niet zo goed, maar bij Loutje des te meer. Hij moet ook komen als we hem roepen. Die opdracht maakten we aanvankelijk te moeilijk. Door hem los in het dorp te laten lopen en dan maar te hopen dat hij kwam als hij net een domme poes had ontdekt. Dus tegenwoordig loopt hij weer aan de lijn in het dorp. Alleen in het park loopt hij los. En daar accepteren we dat hij soms echt even naar een andere hond moet voor een gesprek. Sinds de laatste vakantie, de uitgestelde vakantie in de Dolomieten, komt hij bijna altijd als het gesprek met die andere hond te lang heeft geduurd. Ik beloon hem trots met veel loftuitingen.
Hij is trouw aan zijn baas, aan zijn Loutje, maar hij is ook enorm gesteld op de mensen op wie wij enorm gesteld zijn. Huug neemt daarbij een aparte positie in. Alleen bij hem wordt er in de gang gesproeid. Huug wordt daarbij nog steeds beloond voor zijn zorg voor het ventje als wij er niet waren, vooral in die eerste maand. Soms kropen ze samen in een bed. Zo’n man kan ik waarderen, zal Sam hebben gedacht. Tot verrassing van Chris en Daan vindt Sam hen ook echt erg lief. Dat waren ze van Bas niet gewend.
Één jaar. Ik heb altijd geleerd dat een hond na één jaar zijn hoogte heeft bereikt en na twee jaar zijn breedte. Het wordt inderdaad tijd dat hij niet meer verder in de hoogte groeit. Vaak hebben we het afgelopen jaar gedacht: “Laat hij nu blijven zoals hij is.” Hij was zo lief. Maar toch werd hij steeds weer groter. Ik ben er ook niet helemaal zeker van dat mijn theorie over één en twee jaar klopt. Dan wordt hij dus nog groter.
En wat is er nu zo lief aan Sam? Dat hij naast je kruipt op de bank en een natte snoet tegen je aandrukt. Dat hij zijn kop scheef houdt als je hem aanspreekt. Dat hij zijn kop naar links houdt, als ik mijn kop naar rechts houd. Dat zijn kop altijd lekker warm is als je hem in je handen neemt (honden hebben een lichaamstemperatuur van 390). Dat hij extra geniet van vakanties, omdat Baas en Loutje dan altijd bij hem zijn. Dat hij zo geniet van de boot, terwijl hij water toch zo haat. Dat hij in de boot samen met ons in het vooronder kruipt. Ja, misschien is dat wel het liefste moment. “Slaap lekker, Sam.” En twee tellen later neemt het snurken een aanvang. Na vier tellen zet ook het snurken aan de andere kant in. Dat is puur geluk.
Het begon als een update ter gelegenheid van Sams verjaardag, maar het werd een liefdesverklaring.
Heerlijk! Veel geluk samen!