Het woord ‘trend’ suggereert gedegenheid. Hoe aantrekkelijk is het om in een voordracht te wijzen op enkele ‘belangrijke nieuwe trends’. Het bewijs voor de erop volgende conclusie lijkt op voorhand te zijn geleverd. “Vanwege de horizontalisering van het bestuur, is een vernieuwing van de overheid dringend gewenst”. “Omdat de samenleving complexer wordt, moet het beleid sneller worden aangepast”. Etc. etc. Het is een knappe retorische truc. A is waar, dan moet B ook wel waar zijn. De truc is des te knapper als we beseffen dat A vaak helemaal niet waar is! De juistheid van al die zogenaamde nieuwe trends is immers lang niet altijd bewezen. Ik noem een aantal van die verteltrends die we op vele conferenties kunnen horen, en plaats enkele vraagtekens.
Horizontalisering van het bestuur: het wordt voor de overheid steeds belangrijker om zich als gelijkwaardige partner op te stellen van een steeds mondiger samenleving. Die toegenomen mondigheid is waar. Het is waar dat de overheid zoekende is om daarmee om te gaan. Het is waar dat de overheid zich vaker als (gelijkwaardige) partner opstelt. Maar tegelijkertijd heb ik het gevoel dat de overheid het steeds meer van haar ‘verticale’ instrumenten moet hebben. Het Energieakkoord zal alleen een succes worden als de overheid de CO2-uitstoot met normstelling steeds verder weet in te tomen.
Bevolkingskrimp in Nederland: na decennia van groei zouden we het omslagpunt hebben bereikt: Nederland krimpt. Maar: volgens de laatste prognoses van het CBS blijft Nederland (in ieder geval) tot 2060 groeien. Er is slechts sprake van (beperkte) regionale krimp, dat onderdeel is van een reële en hele oude trend: verstedelijking.
Zelforganisatie neemt steeds meer taken van de overheid over. Ik ken geen enkel onderzoek dat deze trend bevestigt. De uitspraak doet het vooral goed onder ambtenaren die zich zorgen maken over de gevolgen van de bezuinigingen van de overheid voor de samenleving.
De samenleving wordt steeds complexer. Ook dat kan waar zijn, het is een heel populaire verteltrend, maar ook hier ontbreekt onderzoek. Verwarren we hier niet de toegenomen complexiteit van het beleid (of is ook dat een verteltrend?) met de veranderende inrichting van de samenleving?
De overheid wordt steeds kleiner. Inderdaad, er wordt veel afslanking van de overheid aangekondigd, maar er komt maar weinig van terecht. Vaak is er sprake van verschuiving van fte’s tussen departementen of naar op afstand geplaatste organisaties. In de jaren 90 telde het bestuurlijk apparaat van de gemeente Rotterdam 12.000 mensen. Nu staat de gemeente voor de opgave om haar apparaat van 13.000 ambtenaren met 2.000 af te slanken.
De samenleving is steeds minder maakbaar. Dat kan waar zijn, maar de maakbaarheidsambities van de overheid zijn zeker niet geringer. Op tal van ingewikkelde maatschappelijke gebieden is de overheid druk in de weer om een ‘markt’ te creëren. En overal ontwaren we nog de overheid, overigens vaak met een tamelijk groot succes. Stel je voor dat er geen minimumloon was, geen bijstand, geen gratis en verplicht onderwijs. Hoe zou de ‘onderkant’ van de samenleving er dan uit zien?
Kennis wordt steeds belangrijker in de economie. Frank Kalshoven heeft al eens geschreven dat we hier moeilijk van een nieuwe trend kunnen spreken, omdat de bewering opgaat sinds de Verlichting.
De maakindustrie wordt steeds belangrijker. Met name sinds de auto-industrie in Duitsland het in de eerste jaren na de kredietcrisis goed deed. hoor je vaak dat de maakindustrie weer helemaal terug is van weg geweest. In werkelijkheid is nog maar 11% van de beroepsbevolking actief in de industrie en verschuift Philips steeds meer in de richting van de dienstverlening (zoals IBM al veel eerder deed).
De stad is steeds meer de motor van de nationale economie. De stad is altijd al de motor van de nationale economie geweest. Alleen was vroeger vooral Rotterdam belangrijk en tegenwoordig vooral Amsterdam. En vergeet niet dat de export voor een aanzienlijk deel drijft op de landbouw.
De samenleving individualiseert. Zo algemeen gesteld is daar veel tegen in te brengen. De verzuiling is voorbij en het aantal eenpersoonshuishoudens neemt toe. Maar het feit dat veel meer vrouwen zijn gaan werken maakt hen nog geen éénpitter en dat nog steeds miljoenen mensen naar dezelfde TV-programma’s kijken duidt niet op de uniciteit van de persoon. Dus mag ik even weten wat u bedoelt?
Ik weet het: die nieuwe verteltrends happen zo lekker weg. Maar verteltrends zijn pas nieuwe trends als er gedegen onderzoek onder ligt.